De stiptheidscijfers van het spoorverkeer gingen er in covidjaar 2020 sterk op vooruit...prima, maar uitgezonderd in de Kempen.
De Kempense parlementairen waren deze week opnieuw teleurgesteld in de stiptheidscijfers die minister van Openbaar Vervoer Georges Gilkinet (Ecolo) voor 2020 presenteerde.
Die hadden gevoelige vooruitgang geboekt, maar op de Kempense verbindingen blijkt weinig veranderd: die blijven de zorgenkindjes in sporennet.
Volgens Kamerlid Marianne Verhaert (Open Vld) Grobbendonk heeft het geen zin om hier een communautair verhaal van te maken.
"We zien dat voor de IC-11 Binche-Brussel de vertragingen veel groter zijn op het traject Brussel-Turnhout dan op Binche-Turnhout.
Dat stellen we ook vast voor de P-trein Brussel-Mol: hoewel hij helemaal niet op Waalse bodem rijdt, zijn de vertragingen er nog groter.
Met een maandelijkse stiptheid tussen de 50 en 70% is het de minst stipte lijn in heel Vlaanderen."
Kruisingen
'De grootste oorzaak van deze problemen ligt bij de spoorinfrastructuur: de trein naar de Kempen passeert onderweg heel wat kruisingen, waardoor die snel moet wijken voor andere lijnen.
Vertragingen op die lijnen hebben dan een cumulatief negatief effect op de Kempense verbindingen. Maar het betekent ook dat de oplossingen buiten het grondgebied van onze streek liggen.
"Er zijn naar infrastructuur enkele grote knelpunten", vervolgt Verhaert. "Zo moet de beperkte capaciteit tussen het station Lier en de aftakking naar Herentals/ Aarschot aangepakt worden.
Ook over de gelijkgrondse aftakking in Kontich naar Lier langs de drukke lijn Antwerpen-Brussel moet er een grondig onderzoek komen.
Als we ervoor kunnen zorgen dat de kruisingen beperkt worden door de rijpadkeuze te optimaliseren en ook investeren in infrastructuur, zoals de aanleg van een viaduct, komen we al een heel eind."
Toch zien de Kempense politici licht in de treintunnel. 'Er is instroom van nieuw materieel en de aanpassingen in het station van Mechelen moeten beterschap brengen. Met de Kempense collega's blijven we dit thema op de agenda plaatsen", belooft een enthousiaste Marianne Verhaert. (mv)